Wieg tot Graf

De Collegezaal

Wieg tot Graf

Verkennen
Gedurende je hele leven gebruik je medicijnen. Bij elkaar genomen gaat het om enorme aantallen. Hoe moet je je dat voorstellen?
icon

De installatie Wieg tot graf, opgesteld bij het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen te Utrecht. Foto: College ter Beoordeling van Geneesmiddelen. Fotograaf: Pieter Glerum. © College ter Beoordeling van Geneesmiddelen.

Het kunstwerk Wieg tot Graf toont de ‘medische biografie’ van zomaar een Nederlandse man en vrouw. Samen slikten ze tijdens hun leven ruim 18.000 voorgeschreven geneesmiddelen. Al deze geneesmiddelen liggen nu uitgestald op een zes meter lange tafel, ingenaaid in de exacte volgorde van gebruik. Zo werpt Wieg tot Graf vanuit het perspectief van geneesmiddelgebruik een nieuw licht op het leven van een Nederlander.

Wieg tot Graf toont ons levensverhaal vanuit het perspectief van geneesmiddelgebruik

Naast de ‘pillentijdlijn’ liggen foto’s uit familiealbums en allerlei voorwerpen. Allemaal hebben ze te maken met herkenbare life events op sociaal of medisch gebied, zoals het halen van inentingen, sporten, starten of stoppen met roken, trouwen, het laten maken van een echo, het krijgen van kinderen, met pensioen gaan, het krijgen van een bril en een gehoorapparaat. De foto’s zijn afkomstig van de kunstenaars, de exposanten, hun vrienden, familie en collega’s. Samen vormen ze een meer dichterlijke weergave van onze goede en onze slechte tijden. Zo vertelt Wieg tot Graf een levensverhaal waar we ons allemaal in kunnen herkennen.

De vrouw

Op jonge leeftijd gebruikt de vrouw maar weinig medicatie: voor een incidentele verkoudheid of koorts krijgt ze paracetamol en als ze tien jaar is krijgt ze een antibioticakuur. Ook in de jaren daarna is ze zeer gezond. Ze heeft alleen korte tijd last van diarree en krijgt daarom codeïnefosfaat voorgeschreven.

In haar late tienerjaren gaat de vrouw aan de pil. Vanwege menstruatiepijn gebruikt ze daarnaast één dag per maand ibuprofen. Na een aantal jaar gaat ze over op een hogere dosering anticonceptiepil. Ze blijft in goede gezondheid, behalve wanneer ze de seksueel overdraagbare aandoening chlamydia oploopt. Daarvoor krijgt ze het antibioticum azitromycine. Ze heeft ook af en toe een vaginale schimmelinfectie, waarvoor ze fluconazol (Diflucan®) gebruikt.

Als twintiger en vroege dertiger slikt ze een aantal maanden foliumzuur om een gezonde zwangerschap te bevorderen. Twee keer raakt ze in verwachting. Ze blijft ook in de eerste drie maanden van de zwangerschap foliumzuur slikken. Als de baby is geboren geeft ze borstvoeding en stapt daarom over op een minder zware anticonceptiepil.

Op middelbare leeftijd, rond de tijd dat haar kinderen het huis uit gaan, raakt de vrouw depressief. Om haar angst en bezorgdheid te onderdrukken krijgt ze eerst een kalmerend middel (diazepam) en een bètablokker (propranolol) voorgeschreven. Vervolgens krijgt ze voor langere tijd een onderhoudsdosis antidepressiva.

Ze herstelt volledig van haar depressie, maar heeft opnieuw diazepam nodig wanneer er tijdens een routineonderzoek op een mammogram een knobbeltje in haar borst wordt ontdekt. Het blijkt borstkanker. De knobbel wordt operatief verwijderd en na radiotherapie krijgt ze nog vijf jaar lang dagelijks orale chemotherapie. Eerst is dit in de vorm van tamoxifentabletten, maar na een tijdje wordt ze overgezet op anastrozol. Omdat ze last krijgt van bijwerkingen, gaat ze na korte tijd toch weer over op tamoxifen.

Haar borstkanker blijkt genezen en ze is jarenlang gezond totdat ze als zeventiger diabetes krijgt. Ze moet daarvoor tot drie keer per dag metformine slikken om haar bloedsuikerspiegel onder controle te houden. Ze gebruikt bovendien een ACE-remmer om haar bloeddruk te verlagen, een aspirine en een cholesterolverlagend middel (statine) om het risico op hart- en vaatziekten te verminderen. Diabetespatiënten hebben daar namelijk meer kans op dan mensen zonder diabetes. Op tachtigjarige leeftijd is ze nog steeds vitaal.

De man

Als kind is de man over het algemeen gezond: hij krijgt soms een paracetamol tegen koorts of hoofdpijn en heel af en toe antibiotica tegen een bacteriële infectie. Verder loopt hij twee keer de virusziekte kroep (laryngitis) op waarvoor hij dexamethasontabletten krijgt. Als tiener ontwikkelt hij hooikoorts en moet hij elke lente en zomer regelmatig geneesmiddelen gebruiken om zijn allergie te onderdrukken.

In zijn tienerjaren krijgt hij opnieuw antibiotica voor incidentele bacteriële infecties, waaronder chlamydia, een seksueel overdraagbare aandoening. Hij begint op zijn achttiende met roken en geeft deze gewoonte na verschillende pogingen pas op na zijn zeventigste. Als gevolg van het jarenlang roken is hij gevoelig voor luchtweginfecties, waarvoor hij antibiotica krijgt.

Als dertiger en veertiger wordt hij geplaagd door migraine en probeert hij verschillende behandelingen. Hij neemt ook regelmatig ontstekingsremmers tegen de hoofdpijn, waardoor hij een aantal jaar van tijd tot tijd last heeft van zijn maag. Ook hiervoor gebruikt hij medicatie.

Voor zijn zestigste verjaardag gaat hij op vakantie in Kenia en krijgt hij preventief het antimalariamiddel Malarone® voorgeschreven. De jaren daarna is hij opvallend gezond. Als hij achter in de zestig is krijgt hij last van hoge bloeddruk. Daarom moet hij een aantal jaar dagelijks een ‘plastablet’ slikken. Uiteindelijk moet hij ook een ACE-remmer gaan slikken om zijn bloeddruk beter onder controle te brengen. Later krijgt hij vanwege een te hoog cholesterol een cholesterolverlagend middel (statine) voorgeschreven. Om trombose te voorkomen moet hij bovendien een lage dosis aspirine gaan slikken. Hij gebruikt in deze periode dus vier verschillende medicijnen per dag. Het lukt hem eindelijk om te stoppen met roken.

Als hij 75 wordt begint zijn maagpijn weer op te spelen. Hij neemt hier medicatie voor, maar na een week krijgt hij een hartaanval: de pijn bleek niet met zijn spijsvertering te maken te hebben, maar pijn op de borst te zijn. Als spoedbehandeling voor de hartaanval krijgt hij een hoge dosering aspirine. Hij moet zich meteen melden in het ziekenhuis. Na een week wordt hij ontslagen en hij krijgt een aantal tabletten voorgeschreven die het risico op een tweede hartaanval moeten minimaliseren. Het gaat om de lage dosis aspirine, de statine en de bloeddrukverlagende middelen die hij al gebruikte, plus een bètablokker en clopidogrel, een geneesmiddel dat de vorming van kleine bloedstolsels moet voorkomen. Hij houdt zich aan dit voorschrift totdat hij plotseling overlijdt aan een zware beroerte, 76 jaar oud.

Over het kunstwerk

De installatie Wieg tot Graf werd in opdracht van Stichting Kunst en Openbare Ruimte gemaakt door het Britse kunstenaarscollectief Pharmacopoeia. Eerder maakten zij in opdracht van het British Museum het kunstwerk Cradle to Grave over de Britse context. Wieg tot Graf was voor het eerst te zien tijdens de publieksgerichte kunstmanifestatie Niet Normaal, die van 16 december 2009 tot en met 7 maart 2010 plaatsvond in de Beurs van Berlage te Amsterdam. Na afloop van de manifestatie heeft het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) zich over de installatie ontfermd.