Neosalversan

Vanaf de jaren twintig treffen we in NTvG periodiek inlegvellen aan, in de vorm van een kleurenbrochure. Door gebruik te maken van een combinatie van kleur, beeld en specifieke typografie, vallen deze inlegvellen extra op ten opzichte van zwart-witadvertenties in het tijdschrift zelf. De inlegvellen geven tevens een uitvergroot beeld van de verschuiving in de marketingstrategie: de nadruk ligt op één productnaam en fabrikanten onderscheiden zich door een uitgebreide informatie over de kwaliteit en eigenschappen van het aangeprezen geneesmiddel. Het gaat hier om een inlegvel voor het vernieuwde syfilisgeneesmiddel Neo-Salvarsan, dat door zowel Bayer als Hoechst gepatenteerd is. De voorganger, Salvarsan, is wereldbekend geworden als het eerste effectieve chemotherapeuticum tegen de infectieziekte syfilis. In het voorjaar van 1910 maakt de Duitse wetenschapper Paul Ehrlich de eerste beloftevolle resultaten van testen bij syfilispatiënten bekend met de arsenobenzolverbinding met de codenaam 606. Vervolgens gaat het nieuws rondzingen dat er een nieuw wondermiddel –Zauberkugel of miracle drug– tegen syfilis beschikbaar is. Bij de lancering van het tot Salvarsan omgedoopte geneesmiddel loopt het meteen storm. Hoechst moet de productie voortdurend opschalen om de vraag aan te kunnen, die niet lijkt te lijden onder de aanzwellende kritische geluiden over de effectiviteit en veiligheid van Salvarsan. Salvarsan en de opvolger Neo-Salvarsan doorstaan de vergelijking met de bestaande beruchte, want zeer toxische, kwikbehandelingen. Maar ook deze nieuwe middelen hebben ernstige bijwerkingen, zoals blindheid, bloedingen en agranulocytose.